top of page

Mentor

“In feite ben ik een casemanager met dertig dossiers. Ik steek veel tijd in het leren kennen van de bewoner en hoe hij in het leven stond en staat. Samen met hem zoek ik dan naar wat hij nog wil in dit leven. We beschrijven dat in een woonleefplan. Dit gaat over tijdsbesteding, maar minstens evenzeer over relaties onderhouden. En zelfs over wat van betekenis kan zijn bij het levenseinde. Steeds meer mensen hebben daar een duidelijk idee over! Ik kan wel zeggen dat mijn loon rendeert, want op deze manier creëer ik zoveel mogelijk hefbomen en leg deze in handen van de bewoner. Hoe beter die aansluiten bij wat voor de bewoner echt van tel is, hoe groter het hefboomeffect. ’Gezamenlijke besluitvorming’ en burgerrollen zijn voor mij zeer cruciale concepten. Als ik het wat in kaart heb, spreek ik, uiteraard in overleg met de bewoner, de juiste mensen aan. Die mensen breng ik ook af en toe samen in een steungroep, zodat ze elkaar leren kennen en ze elkaar kunnen vinden om samen te werken. Dat is voor de bewoner meestal een emotioneel moment, maar wel ongelooflijk versterkend en verbindend.”

MENTOR

Bewoner

“Ik voelde mij meteen welkom in het WZC. Nog voor mijn verhuis kwam een medewerker bij me thuis langs. Hij nam de tijd om me te leren kennen. Hij vroeg me naar wat voor mij het belangrijkste is in mijn leven en wat ik zeker wil behouden wanneer ik verhuis naar het WZC etc. Met deze zaken hebben ze dan ook rekening gehouden. Mijn kleinkinderen zijn zeer belangrijk voor mij. De begeleiders doen dan ook moeite om hen regelmatig te betrekken bij allerlei activiteiten of momenten. Mijn kleinkinderen zijn altijd welkom in het woonzorgcentrum. Ze weten ook dat ik vroeger nogal geëngageerd was ik het dorp. Ik ben er stiekem een beetje fier op dat ze me gevraagd hebben voor de bewonersraad en om nieuwe bewoners te verwelkomen in huis en hen wat te vertellen over hoe het leven hier loopt. Ja, ze betrekken ons wel. Louis bijvoorbeeld geeft elke ochtend een beetje water aan de planten in de veranda. Die begeleider of iemand van de zorgkundigen moeten hem daar soms aan herinneren en op sommige andere dagen krijgen ze wat teveel water, maar voor Louis zijn het zijn troetelkinderen geworden. En soms helpen we bij activiteiten of de voorbereiding ervan. Mijn vriendin Erna kan haar weg in huis niet meer vinden, maar zij bezorgt wel aan iedereen het koekje bij de koffie in de pauze.

Hier lees je meer

bottom of page